Islamitische Staat heeft een bom gemaakt met behulp van een Nederlands bestanddeel. In Irak is een explosief aangetroffen met waterstofperoxide geproduceerd door chemiebedrijf Solvay uit Roermond.
Dat staat in een rapport van Conflict Armament Research (CAR), een onderzoeksorganisatie die het internationale gebruik van militaire wapens en munitie monitort.
Waterstofperoxide, ook bekend als zuurstofwater, wordt gebruikt als ontsmettingsmiddel in bijvoorbeeld ziekenhuizen en de voedingsindustrie. Het is vaak ook onderdeel van zelfgemaakte explosieven.
„Toen we hoorden dat ons bedrijf genoemd werd, stonden we perplex”, reageert woordvoerster Caroline Jacobs van Solvay. Ze benadrukt dat de firma in Roermond, met het hoofdkantoor in België, absoluut nooit iets met IS te maken heeft gehad. „We houden zorgvuldig toezicht op de verkoop en we leven de nationale en internationale regelgeving na.” Een „betrouwbare Amerikaanse klant”, gespecialiseerd in reinigingstechnieken, heeft in januari 2014 bijna tweehonderd vaten met waterstofperoxide bij Solvay besteld.
Een maand later werd de bestelling afgeleverd in Turkije. Hoe het spul vervolgens bij IS in Irak terecht is gekomen, weet de zegsvrouw niet. „Daar houden wij ons niet mee bezig. Zodra de klant de bestelling ontvangt, houdt onze verantwoordelijkheid op.” De banden met het Amerikaanse bedrijf zijn niet verbroken.
Volgens het rapport van CAR zijn de vaten met de Roermondse waterstofperoxide vanuit Turkije doorverkocht aan drie verschillende Iraakse bedrijven. Dat gebeurde tussen maart en september 2014. Het product werd door IS gebruikt bij de Tweede Slag om Tikrit. Die vond plaats tussen 2 maart en 17 april 2015. CAR trof het explosief eind april aan.